Programma ICT-Diensteninnovatie Overijssel 2008-2011.
Het programma ICT-Diensteninnovatie Overijssel 2008-2011 is één van de pijlers onder de beleidsstrategie ‘Overijssel Werkt’. Het programma stimuleert economische innovatie van de non-profit en zakelijke dienstverlening door gerichte impulsen te geven aan enkele maatschappelijke sectoren (onderwijs, wonen/zorg, creatieve industrie, overheidsdienstverlening en kennistransfer). Zo ontstaat er een marktvraag en innovatie-impuls langs twee sporen, enerzijds innovatie/creatie van vernieuwende toepassingen en anderzijds opschaling/verspreiding van gerealiseerde toepassingen binnen de provincie.
Eind 2008 zijn voor de eerste periode van het programma tien subsidie aanvragen positief beschikt. In 2009 zijn twee tenders gepubliceerd. Uitgangspunt is het bijgestelde programmakader uitvoering 2008-2011. In de periode november 2008 tot februari 2009 zijn gesprekken gevoerd met vertegenwoordigers van bovengenoemde maatschappelijke sectoren. De uitkomst van de gesprekken is dat de sectoren onderwijs, creatief en wonen/zorg het meest kansrijk zijn.
De sector onderwijs
Overijssel wil het gebruik in het onderwijs van digitale media als leermiddelen vergroten. Ook wordt de ICT-bedrijfsvoering efficiënter ingericht. De overstap naar breedbandvoorzieningen is daarvoor nodig. Er is veel ervaring met de proefprojecten in 2005-2007(Deventer en Enschede). De doelgroep basisonderwijs krijgt prioriteit bij deze opschaling. In februari 2009 is gesproken met mensen uit het onderwijs om deze onderwerpen verder aan te scherpen.
• Schoolglas Twentse; spraaktechnologie Het project wil scholen laten ervaren welke mogelijkheden “tekst-naar-spraak software” via breedband biedt voor hun onderwijs aan leerlingen met dyslexie. Tekst-naar-spraak software is een hulpmiddel die belemmeringen kan verminderen, die leerlingen door hun dyslexie ondervinden. Leerlingen kunnen zo beter hun werkelijke leerpotentieel verwezenlijken. Het is methodeoverstijgend en geschikt voor alle leeftijden zodra lezen, leren of studeren moeizaam verloopt. Het doel is het verminderen van de belemmeringen die door dyslexie worden ervaren, het toegang verschaffen tot informatie en het actief laten deelnemen aan de kennismaatschappij.
• Schoolglas Twente; digilab Één van de geplande activiteiten binnen het project is het ontwikkelen van een onderwijsinhoudelijk project dat gebruik maakt van snel internet. Dit onderwijsinhoudelijke project wordt op een aantal schoten uitgevoerd. Enerzijds om ervaring op te doen met de mogelijkheden van onderwijskundige toepassingen die gebruik maken van supersnel internet, anderzijds om scholen in de praktijk te laten ervaren wat de extra onderwijskundige mogelijkheden zijn van een dergelijk snel netwerk. Dit plan beschrijft de aanpak voor het ontwikkelen van een digitale leer- en werkomgeving met de werktitel Twente Digital die gebruik maakt van dynamische en multimediale inouden.
• Regionale onderwijsbrug Om alle leerlingen de juiste ondersteuning te kunnen bieden, is de overdracht van leerling-dossiers tussen scholen van groot belang. De combinatie van de juiste infrastructuur en de hoge organisatiegraad binnen het lokale primaire en voortgezette onderwijs plaatst de Gemeente Deventer in de ideale positie om op dit vlak een voortrekkersrol te vervullen.
• ICT omgeving in basisonderwijs Twente Met de betrokkenen bij Schoolglas is besproken om een nieuw project te initiëren dat een stap verder moet gaan in de opzet van systemen in het basisonderwijs. Doel is een omgeving te creëren met een zo hoog mogelijk gebruiksgemak voor zowel leerlingen als leerkrachten. De kosten moeten passen binnen het budget van een basisschool en de nog resterende beheerswerkzaamheden moeten vrijwel volledig van de scholen verdwijnen.
Doel van het project is snel een dergelijke omgeving te realiseren op basis van de ervaringen van het Stedelijk Lyceum. Deze omgeving moet ook een belangrijke functie vervullen in het overtuigen van de scholen om over te gaan naar een nieuwe werkwijze. De bedoeling is dit te introduceren in de setting van een normale basisschool, zodat collega’s kunnen zien hoe het in de praktijk werkt.
• Breedband onderwijs netwerk Twente Het project heeft betrekking op de (door)ontwikkeling van ICT-diensten in het onderwijs in Enschede. Het betreft met name de uitrol op alle scholen in Enschede van projecten die binnen Schoolglas Twente zijn ontwikkeld en een aantal nieuwe toepassingen. Activiteiten: 1. het ontwikkelen van onderwijsinhoudelijke ICT-producten: a) Spraaktechnologie, b) Digilab, c) Taalgame, d) Elektronische leeromgeving, , e) Twente School Zender
2. het ontwikkelen van centrale ICT-diensten: a) Webbased administratiesysteem + Bovenschools managementsysteem, b) VOIP-telefonie, c) Communicatieplatform 3. projectleiding en -ondersteuning. Projectleiding voor een dag per week gedurende twee jaar en projectondersteuning van een bovenschoolse ICT-er per koepel (drie medewerkers voor een dag per week gedurende 2 jaar)
• ELO in combinatie met netbooks In het kader van een betere profilering van de school is als speerpunt gekozen voor brede inzet van ICT in het leerproces. Binnen dit project gaat om een nieuw concept in het onderwijs: een computer voor elke leerling in een klas, maar dan geen vaste PC en geen ruimteverslindende laptop, maar een ‘netbook’ (mini-laptop). Een dergelijke laptop is snel opgestart (flexibele inzet in het onderwijsproces). De toepassing wordt ondersteund door een Elektronische leeromgeving (ELO), een vrij recent fenomeen in het basisonderwijs, en digitale schoolborden (inmiddels aardig ingeburgerd). Doelstellingen Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden: Brede ICT-toegang voor leerlingen voor consolidatie van geleerde stof en voor mee vorm geven van het lesproces, flexibele toepassing in het lesprocesIn betrokken groepen gebruiken alle leerlingen minimaal 1 uur per dag deze ICT-middelen Betrokken leerkrachten zijn in staat om voldoende ICT-opdrachten voor leerlingen te selecteren ofte generen, in een ELO gereed te zetten en de voortgang te volgenHet team heeft zich positief uitgesproken over invoering van netbooks onder voorwaarde van een goede begeleiding. De geplande activiteit is goed ingebed in het ICT-beleidsplan 2007- 2011; de uitvoering is realistisch bij goede begeleiding van de (enthousiaste) leerkrachten Gekozen wordt voor een brede invoering met daarna de mogelijkheid voor leerkrachten hun eigen snelheid te bepalen
• ELO-B / DigilessenPabO voor Primair Onderwijs in Nederland Doelstelling: Onderzoek, opzet van project, functioneel en technisch ontwerp, Proof of Concept en evaluatie daarvan, voor ELO-B(asls) t.b.v. het Primair Onderwijs in Nederland en DigilessenPabO (Digilessenbank voor gekwalificeerd digitaal lesmateriaal). ELO-B heeft als doelstelling om samen met educatieve uitgevers een standaard ELO-infrastructuur te ontwikkelen en te implementeren voor geheel het Primair Onderwijs in Nederland. ELO-B wordt licentiekostenvrij ter beschikking gesteld aan alle PO-scholen en via de methoden bekostigd door de educatieve uitgevers. De educatieve uitgevers kunnen daarmee het digitale lesmateriaal ontwikkelen en implementeren op één toegepaste technische standaard die op alle scholen gebruikt wordt. ELO-B wordt geëxploiteerd door een coöperatie waarvan PO-besturen, Pabo’s en educatieve uitgevers lid zijn. Daarmee ontstaat voor de educatieve uitgevers een direct distributiekanaal voor digitaal lesmateriaal in het PO en een samenwerkingsplatform met Pabo’s. Projectresultaten: Realisatie van een Digilessenbank waarin het digitale lesmateriaal wat op alle Pabo’s ontwikkeld wordt, voor alle PO-scholen in het werkveld beschikbaar is. Realisatie van een Digilessenbank waarin alleen op leerdoelen geclassificeerd en gekwalificeerd lesmateriaal wordt opgenomen. Het gaat daarbij om het materiaal van de educatieve uitgevers en het aanvullende eigen materiaal zoals dat vanuit het Onderijs zelf beschikbaar komt. Hiermee ondersteunt men de beleidsdoelstellingen van o.a. het Min. van OCW – het methode onafhankelijk kunnen arrangeren van lessen.
• Digixperiment Doelstelling:Het creëren van een experimenteerruimte voor het ervaren, beoefenen en toepassen van nieuwe interactieve digitale technieken t.b.v. het algemeen publiek en beoefenaars van deze technieken. Projectactiviteiten/resultaten: Afronden en installeren van een eerste invulling van het Digixperiment in de entreehal van TwentseWelle, Openstellen voor en onder de aandacht brengen van het Digixperiment t.b.v. een breed publiek, Digixperiment gebruiken voor het ontwikkelen, verfijnen en toepassen van nieuwe interactieve technieken, Opgedane inzichten en ervaringen ter beschikking stellen aan derden.
• Twente’s got talent ‘Twente’s got talent’ beoogt de regionale onderwijskennisinfrastructuur -van basis tot en met wetenschappelijk onderwijs- te versterken door in te zetten op betere benutting van het al aanwezige kennispotentieel via de inzet van nieuwe ICT-diensten. Het voorstel beoogt een aantal van de huidige knelpunten in deze kennisinfrastructuur aan te pakken door een combinatie van organisatorische en op ICT gebaseerde vernieuwingen, om zo de regionale innovatie- en concurrentiekracht versterken. De knelpunten zijn: het proces van vernieuwing in het voortgezet onderwijs in de bètavakken, in het bijzonder in de meer perifeer gelegen vo-scholen; het relatieve onvermogen op basisscholen om hun leerlingen structureel een adequate oriëntatie op wetenschap en techniek te bieden. Deze knelpunten staan niet op zichzelf. Ze maken deel uit van een meer omvattend probleem: de aansluiting tussen primair en voortgezet onderwijs (PO-VO) en tussen voortgezet en hoger onderwijs (VO-HO). Een veelbelovende route naar de oplossing van dit aansluitingsprobleem verloopt via de ontwikkeling van doorlopende leerlijnen die via ICT kunnen worden ontsloten. Een belangrijke stap in deze context is samenwerking in de onderwijsketen die nodig is voor een goede aansluiting PO-VO en VO-HO. Twente’s got talent richt zich op het verbeteren van de aansluiting PO-VO en VO-HO op het gebied van onderwijs in de bètavakken, het versterken van het onderlinge contact en het wederzijds enthousiasmeren voor (nieuwe ontwikkelingen binnen) de bètavakken door netwerkvorming en het verruimen van de mogelijkheden voor docenten, scholen en leerlingen.
De creatieve sector
Bij het creatieve werkveld wil Overijssel markt- en productontwikkeling door de creatieve industrie (bedrijven en instellingen) stimuleren door het gebruik van media die veel bandbreedte nodig hebben. Voorrang hebben initiatieven die al bij het lopende Actieprogramma Cultuur en Economie zijn betrokken. Bij het werkveld creatief horen ook de velden cultuur en toerisme. In december 2008 is gesproken met mensen uit het creatieve werkveld om deze onderwerpen verder aan te scherpen.
• Pilot virtuele kulturhusen Het project wil vóór 2012 een breedband dienstenmandje ontwikkelen voor kulturhusen die gericht zijn op cultuur, onderwijs/cursusaanbod, virtuele dienstverlening en zorg. In 2009 wordt begonnen met de eerste dienst over breedband (het virtuele loket) inclusief de benodigde facilitaire voorzieningen.
In samenwerking met gemeenten, maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven wordt een hoger dienstenniveau in de kleine kernen in Overijssel gerealiseerd. Via een virtueel loket kunnen mensen in contact komen met dienstenaanbieders.
Steeds meer diensten zijn minder breed beschikbaar, vooral in kleine kernen. Als een dienstenaanbieder (UWV, CWI, etc.) alleen nog een kantoor in een grotere stad heeft, kunnen bewoners via een virtueel loket in contact komen met de dienstenaanbieder. Het virtuele loket is een televisiescherm waarop de burger de dienstenaanbieder kan ontmoeten alsof ze bij elkaar aan tafel zitten. Aan beide kanten staat een televisiescherm en andere apparatuur waardoor documenten ingevuld en besproken kunnen worden zonder dat gezichtscontact verloren gaat. De pilot omvat 8 virtuele loketten. Randvoorwaarde hierbij is dat de overdraagbaarheid van de diensten naar andere kulturhusen gewaarborgd is.
• Hart voor Deventer Het project beoogt, door inzet van de mogelijkheden van glasvezel, een platform te ontwikkelen waarmee burgers, bedrijven en instellingen hun eigen film of televisiemateriaal kunnen produceren en delen. Burgers en instellingen zullen gestimuleerd worden van deze mogelijkheden gebruik te maken.
De doelstelling is: 1. het vergroten van de betrokkenheid (onderling respect, begrip en cohesie) van burgers tot elkaar; 2. het versterken van de lokale democratie; 3. het bevorderen van de mediawijsheid in de stad.
• Mijn stad, mijn dorp Het project leidt tot een innovatief en goed toegankelijke, laagdrempelige, ICT-internet-applicatie die het mogelijk maakt om digitale historische informatie over Overijssel efficiënt te verzamelen, op te slaan, te beheren, uit te wisselen, te raadplegen, te publiceren en te verrijken.
Deze informatie kan door iedereen met toegang tot het internet eenvoudig geplaatst en doorzocht worden. De applicatie biedt een basis voor een virtuele gemeenschap, waarbinnen groepen mensen zullen communiceren en samenwerken, met de geschiedenis van Overijssel als verbindende factor. De knooppunten binnen deze zogenaamde ‘community’ zullen gevormd worden door verschillende collectiebeheerders binnen Overijssel. In de meeste gevallen is dit een historische vereniging. Het gaat in dit project vooral om cultureel erfgoed van de streek, de stad, het dorp, of de wijk binnen het werkgebied van een collectiebeheerder. De verzameling van alle historische informatie van al deze werkgebieden samen geeft dan een totaalbeeld van de geschiedenis van Overijssel.
De subsidieaanvraag betreft de eerste fase van het project: Verkenning en selecteren van partners, technologische verkenning, vaststellen van functionele wensen en offerte aanvraag bij ICT-bedrijven. Ook wordt een businesscase opgesteld. Bij de tweede tender van 2009 is ook de tweede fase voor subsidie aangemeld: Deze fase omvat: 1 Selectie van ICT partners. Deze maken een offerte aan de hand van het functioneel ontwerp, opgesteld tijdens de eerste fase van het project Mijn Stad Mijn Dorp; 2. Ontwikkeling on-line collectiebeheerssysteem voor Historische Verenigingen en historisch geïnteresseerden; 3. Ontwikkeling zoekmachine om aangesloten collecties integraal te kunnen doorzoeken; 4. Ontwikkeling van communitv website (publieksapplicatie^ als eerste publiekstoepassing; 5. Scholing. PR en communicatie voor verdere inbedding Mijn Stad Mijn Dorp bij de doelgroepen 6. Uitvoering businesplan.
• Stimulering Metropool Hengelo Metropool wil méér wil zijn dan een podium voor (pop)muziek alleen. Metropool wil meerdere facetten van (pop)cultuur aan bod laten komen via optimale, hedendaagse interactie met haar publiek. En daar zijn moderne, up-to-date communicatiemiddelen bij nodig. En die vragen op hun beurt weer om een up-to-date technische infrastructuur.
Het ICT-communicatieplan van het Nieuwe Metropool voorziet onder meer in een internet breedbandverbinding (met koppeling aan Creatieve Fabriek en ROC) voor het in streaming video uitzenden van live-concerten.
• Interactieve voetbalwand SUTU Het realiseren van inhoudelijke opschaling van het sutuconcept in de vorm van het ontwikkelen van een online spelconcept waarbij gebruikers van verschillende sutu installaties met elkaar in contact worden gebracht en tegen elkaar kunnen spelen. Vanuit “Scoren in de wijk” is het idee gelanceerd voor de ontwikkeling van een interactieve voetbalmuur. Een muur waar je met de bal tegen aanschopt en die “terugpraat,” reageert op je acties en jongeren met elkaar in verbinding brengt. Je schiet op een vlak op de muur en je krijgt een terugkoppeling dat de bal het vlak geraakt heeft. Of de muur geeft aan, hoe hard je geschoten hebt. Nog leuker, een spel tegen elkaar, wie schiet als eerste alle vlakken rood? Daar is strategie voor nodig, maar ook accuratesse en snelheid van handelen. En dan een terugkoppeling van je score.
• Zwolle – Living city “Zwolle – Living City” gaat het culturele en toeristische aanbod van Zwolle integreren en op een innovatieve en interactieve manier aan te bieden aan de bewoners en bezoekers van Zwolle.
Op internet kunnen potentiële bezoekers voorbeleven wat er in Zwolle te doen is en zullen deze potentiële bezoekers verleid worden tot een bezoek aan Zwolle. Bij VVV’s, campings en de ANWB komen boekjes te liggen met daarbij ingesloten een SD-kaartje die mensen in hun eigen telefoon kunnen stoppen. In Zwolle aangekomen zal de eigen telefoon dan dienen als navigator en interactieve gids met het actuele culturele en toeristische aanbod.
In Zwolle krijgen de bewoners en bezoekers informatie via interactieve schermen, die op verschillende plekken in de stad hangen, over het culturele en toeristische aanbod . Maar ze kunnen ook de eigen mobiele telefoon gebruiken om inzicht te krijgen. Het mobieltje zal hen navigeren door de stad, last minute aanbiedingen geven van nog beschikbare kaartjes van voorstellingen en optredens, hen wijzen op actuele tentoonstellingen, hen previews laten zien van films die draaien en hen informeren over bezienswaardigheden en speciale aanbiedingen van restaurantjes. In het totale project is een knip gemaakt tussen de eerste fase (basisvoorzieningen voor Uitburo en planuitwerking) en de diverse vormen van productontwikkeling in vervolgfasen.
• Muziekkwartier zendt uit Doelstelling: Betrokkenheid culturele evenementen vergroten middels nieuwe breedbandtoepassingen, specifiek bedoeld voor jonger publiek.Het Nationaal Muziekkwartier wil gaan experimenteren met het opnemen en uitzenden van voorstellingen. Dit heeft naar verwachting meerwaarde op een drietal terreinen: op de eerste plaats voor Stichting Muziekkwartier en de betrokken instellingen zelf een meerwaarde te hebben. De specifieke meerwaarde is voor ieder van de partners sterk afhankelijk van de aard van de activiteiten. Belangrijke elementen zijn het vastleggen van (het tot stand komen van) voorstellingen, het gebruik van materiaal in een educatieve context en het gebruik in het streven naar kwaliteitsverbetering en het perfectioneren van voorstellingen. Ook kan ervaring worden opgedaan met het eventueel ontwikkelen van nieuw commerciële activiteiten. Voor de doelgroep van Stichting Muziekkwartier kan het beschikbaar maken van beeld en geluidmateriaal ook een belangrijke meerwaarde te hebben. Op de eerste plaats omdat een groot aantal populaire voorstellingen volgeboekt is en uitzending mogelijkheden opent om het materiaal beschikbaar te maken voor een grotere groep. Op de tweede plaats kan een publiek bereikt worden dat op dit moment niet in staat is zelf het theater te bezoeken. Op de derde plaats wordt verwacht dat doelgroepen worden bereikt waarvoor theater- en schouwburg bezoek nu niet relevant is. Op de derde plaats is het cultureel klimaat een belangrijke factor in een veel breder verband. Het culturele aanbod speelt niet alleen een belangrijke rol bij toerisme, maar is ook een belangrijke vestigingsfactor. De relatie tussen een goed cultureel klimaat en de economische ontwikkeling van een regio is lastig te kwantificeren maar duidelijk aantoonbaar. In dit verband is het zoals hierboven al aangegeven essentieel dat Oost Nederland zich profileert als een regio met een gevarieerd en vernieuwend aanbod op cultureel gebied
Wonen, zorg en welzijn
Het gaat in dit werkveld onder andere om gemeenschappelijke toepassing van plaats- en tijdonafhankelijke zorg- en comfortdiensten in woningen of wooncomplexen (woon/zorgcombinaties). Het is een voortzetting en uitbreiding van domotica met ICT-dienstverlening op afstand. In januari 2009 is gesproken met de vertegenwoordigers uit het werkveld om deze onderwerpen verder aan te scherpen.
• Clientregie in zorg Het hoofddoel van de MDO met dit ICT-project is de Cliënt in Zorg en zijn begeleider moderne functionaliteiten aan te bieden waardoor er meer zelfregie mogelijk is en de kwaliteit van de zorg wordt verbeterd. Afgeleide doelen zijn om met een aantal in de provincie gevestigde organisaties die al langere tijd in de zorg actief zijn, aangevuld met internationale kennis en ervaring, de zorgeconomie een nieuwe impuls te geven.
Bestaande kennis en ontwikkelde ICT (“proven concepts”) worden maatschappelijk geïmplementeerd en gereedgemaakt voor bredere opschaling.
Daarnaast worden Best Practices gericht op doelgroepen met gezondheidsproblemen ontwikkeld en ingevoerd die tevens dienen om financiële belemmeringen tussen de financieringsstelsel weg te nemen. 1. met ‘zorg’ doelen wij op alle vormen van dienstverlening in de sectoren zorg, welzijn, wonen en werk die relevant zijn bij (chronische) gezondheidsproblemen.
2. onder gezondheidsproblemen verstaan wij problemen die verband houden met chronische ziekte, beperking of stoornis, inclusief problemen voortvloeiend uit bureaucratie en complexe structuren van aanbieders en financiers
3. onder de cliënt verstaan wij de burger met gezondheidsproblemen inclusief zijn netwerk van naasten en mantelzorgers zorg adviesinstrumenten ter beschikking gesteld op Internet en in het burgerdossier. De informatie komt beschikbaar voor alle burgers en is herbruikbaar in andere regio’s.
• Van Buzz tot Business: invoering innovatieve ICT in de zorg Het voorliggende programmaplan speelt hier op in met de ontwikkeling van een Innovatie- en Opschalings Leidraad voor iCT-zorg diensten. Deze Leidraad zal Zorgprofessionals in de verschillende fases van de ontwikkeling van een nieuwe ICT-zorg dienst ondersteunen zodat hun eindproduct aansluit bij wat de klanten / afnemers nodig hebben.
We zien dit programmavoorstel als een plan-in-wording; een zogenaamde “road map” waarvan nu de hoofdrichting en het einddoel (het kaderproject dat tot de Innovatie- en Opschalings Leidraad leidt), en enkele tussenwegen (gevormd door enkele casestudies) goed zijn uitgewerkt. Andere tussenwegen (casestudies) zullen pas in de komende maanden en jaren helderder contouren krijgen. Windesheim heeft daarvoor met diverse partners in de regio Zwolle en de VU een RAAK-Pro onderzoekssubsidie aangevraagd bij het rijk. Programma-activiteiten: Kaderproject, Casestudie 1: Keuzehulp Dementie; Casestudie 2: Expertsysteem Epilepsie, Casestudie 3:Telebegeleiding Nierdialyse, Casestudie 4: Mobiele Verhalentafel, Casestudie 5: Beweegprogramma’s
• TalkmeHome Doelstelling: 1.Het ondersteunen van mensen met een lichte dementie die de weg naar huis kwijt zijn middels een geschikte mobiele toepassing, zodat ze langer zelfstandig thuis kunnen wonen. 2. Het maken van een exploitatiemodel en vinden van een marktpartij om de toepassing als dienst te kunnen aanbieden en opschalen.
Projectresultaten:
• Prototype dienst die opschaalbaar en open is: wanneer er positieve resultaten worden geboekt met de mobiele ondersteuning, dan kan op eenvoudige wijze worden opgeschaald naar een landelijke dienstverlening. Verklizan heeft immers met haar UMO-zorgcentrales een landelijke dekking. Deze aanvullende functie (module) op de meldcentrale kan laagdrempelig (licentiemodel) op alle centrales worden toegepast. Door koppeling van verschillende UMO-zorgcentrales kan een interregionale dienst worden geleverd, waarbij de patiënt niet meer aan zijn eigen regio gebonden is.
• Inzicht in gebruikers eisen/wensen: van belang is het om uit te vinden in hoeverre vanuit de zorgcentrale mbv beeldnavigatie (google satelite maps) m.b.v. herkenbare omgevingsfactoren (gebouwen, bomen,straten, etc) een centralist in staat is een patiënt terug te praten naar een bekende locatie.
• Business workshop om bedrijven te werven voor het aanbieden en opschaling van de dienst: de verschillende betrokken partijen zullen mogelijk in samenwerking met lokale overheden, ouderen- of patiënten-organisaties een workshop organiseren om de doelgroep, maar ook vooral de sociale omgeving van de doelgroep (gezin, familie, mantelzorg), te informeren naar de mogelijkheden van een dergelijk systeem.
• Exploitatiemodel.
Meer informatie is te vinden op de website van de provincie Overijssel: http://provincie.Overijssel.nl