Noodzaak tot snelle opwaardering netwerken; aanjaagrol gemeenten en provincies
Op 16 maart 2010 heeft voorzitter Ferd Crone het rapport van de Taskforce Next Generation Networks overhandigd aan EZ-minister Maria van der Hoeven. “Supersnel breedband is onmisbaar voor nieuwe diensten die de leefbaarheid verbeteren. Wacht daarom niet op supersnel breedband maar pak zelf het initiatief op” aldus de taskforce in haar advies. Gemeenten en provincies worden twee modellen aangereikt op basis waarvan men de realisatie van supersnel breedband kan stimuleren: leningen en/of garantstellingen en de mogelijkheid van een participatie op basis van aandelen. Stedenlink ziet in het rapport een bevestiging van haar streven om versneld te komen tot supersnel breedband. Behalve bij gemeenten en provincies ligt de bal ligt nu ook bij het Rijk om te komen tot een nationale uitrolstrategie.
Stedenlink onderschrijft de analyse dat de tijd van afwachten tot de markt het vanzelf doet voorbij is: er is nu actie nodig van gemeenten en provincies. De voorzichtige berekeningen van de taskforce laten zien dat binnen afzienbare tijd innovatie zal stagneren en we risico lopen op een data-infarct. Als straks niet alleen mensen maar ook allerlei apparaten om ons heen op het internet zijn aangesloten en we een slimmer energienetwerk (“smart grids”) nodig hebben dreigt dat nog veel meer. De benodigde opwaardering van netwerken vergt veel tijd: er is dus geen tijd te verliezen. Één ding wordt uit het rapport heel duidelijk: op dit moment hebben alleen glasvezelnetwerken zich bewezen om die enorme hoeveelheden gegevens op een open en betrouwbare manier te transporteren.Open Net Works!
De taskforce breekt een lans voor volstrekte openheid van de netwerken. Onder aanhaling van succesvolle marktinnovatie in o.a. Zweden schrijft de taskforce: “Kritieke diensten zoals medische consults, veiligheid en smart grids hebben baat bij open toegang tot een netwerk op de actieve infrastructuur”. Stedenlink bepleit dit al geruime tijd en dit heeft o.a. geleid tot de oprichting van BreedNed (www.breedned.nl). Stedenlink ondersteunt de aansporing richting Opta om te komen met hierop toegesneden regulering.
Geen digitale tweedeling
De taskforce adviseert om te beginnen met de commercieel meest rendabele gebieden. Dat heeft als risico dat de markt de onrendabele gebieden links laat liggen. Probleemwijken en plattelandsgebieden hebben de maatschappelijke impuls die van breedband uitgaat juist extra hard nodig. Integrale aanleg, met gemengde kavels, met meer en minder rendabele gebieden zou digitale tweedeling kunnen voorkomen. Als overheden mee investeren zou dat een randvoorwaarde moeten zijn.
Diensteninnovatie
De taskforce schrijft “Zonder innovatieve digitale diensten zal supersnel breedband maar een beperkte toegevoegde waarde kennen.” In Stedenlink stimuleren we al geruime tijd sectoren als onderwijs, zorg, veiligheid, media, mkb en tal van anderen tot het innoveren van hun processen en producten/diensten. De ketenaanpak en benodigde samenwerking die de taskforce beschrijft herkennen wij als Stedenlink-steden en –provincies in de praktijk. De focus in het breedbanddossier zal de komende jaren hier naartoe verschuiven. Het is jammer dat diensteninnovatie in het rapport het minst ver is uitgewerkt. Er ligt hier ook een nationaal belang tot het reduceren van kosten en het behouden/verhogen van kwaliteit. Een impuls vanuit het Rijk om hiermee op provinciaal/gemeentelijk niveau aan de slag te kunnen was op zijn plaats geweest.
Stedenlink
Stichting Stedenlink is een samenwerkingsverband tussen twaalf Nederlandse steden en twee provincies die zich inzetten voor breedband, open netwerken en diensteninnovatie. Stedenlink bestaat uit: Amersfoort, Amsterdam, Arnhem, Den Haag, Deventer, Eindhoven, Enschede, Helmond, Leeuwarden, Rotterdam, Tilburg en Zoetermeer en de provincies Overijssel en Gelderland.